Paul Bessems, 17-10-2014
Het zal je niet ontgaan zijn dat we al sinds 2008 in crisis zitten. Dit is geen gewone crisis. Gemeten naar de hersteltijd van werkeloosheid, hebben we nog nooit zo lang in crisis gezeten en het einde is nog lang niet in zicht. Dat betekent dat er fundamenteel iets aan de hand is waar nog maar weinig economen en beleidsmakers de vinger opleggen terwijl het probleem simpel is: de kosten voor onze welvaart stijgen, terwijl de productie niet meer toeneemt. Daardoor wordt de wig tussen opbrengst en kosten steeds groter. De afgelopen decennia is dit gat vooral opgevuld met goedkoop en geleend geld dat wordt bijgemaakt door banken en overheden. We moeten dus de kosten voor onze welvaartsstaat verlagen en de opbrengst per werkende verhogen zodat deze meer tijd overhoud voor zorgtaken. Om de productie te verhogen kunnen we langer doorwerken, meer kinderen maken of productiever worden. Meestal gaat de voorkeur uit naar het laatste. Maar de informatie- en kenniswerker is sinds de komst van de computer nauwelijks productiever geworden. Hoe komt dat? Dit komt vooral omdat het werk van de informatiewerker met het verkeerde middel, meestal een bedrijf of markt, wordt georganiseerd. Een landbouwer wordt ook niet productiever in een fabriek, evenals een fabrieksarbeider niet productiever wordt op een boerderij. Werk en werkorganisatie moeten bij elkaar passen en doen dat al lang niet meer.
>> Lees hier het hele artikel