(23) Wij kunnen ons verhouden tot wat ons treft

Optimism and being prepared are better for the future of
 our children than pessimism and laissez faire

De Verlichting is een periode uit, de westerse geschiedenis, die rond 1650 begint. Het is een reactie op het dogmatisch denken van kerk en aristocratie en de verheerlijking van het esthetische tijdens de renaissance. De Verlichting vindt, door het Calvinisme en onze handelsgeest, vooral voedingsbodem in Nederland. Steeds meer kooplieden en handelaren verdienen veel geld en krijgen daardoor meer macht. De meeste fundamenten voor de hedendaagse westerse beschaving liggen in de periode van de Verlichting. Door een snelle groei van verschillende wetenschappen, waaronder wiskunde, natuurkunde, scheikunde, biologie en sterrenkunde, wordt de alleenheerschappij van de theologische wetenschap verbroken. Maar de Verlichting legt ook de basis voor onze hedendaagse sociaal-culturele ontwikkeling. Moderne democratie, individualisering, opvoeding, liberalisme en emancipatie, vinden hun oorsprong in de Verlichting. Ook het denken over gelijkheidsbeginsel en mensenrechten uit die periode, beïnvloeden nog steeds onze rechtssystemen. Door de rede en door empirisch wetenschappelijk onderzoek, wordt afgerekend met oude dogma’s van vooral de katholieke kerk.

Ook nu zitten we in een vergelijkbare periode waarin wordt afgerekend met oude dogma’s. Bijvoorbeeld dogma’s over de rol van geld, bedrijven, voortdurende economische groei, reclame en de vrijemarkt. We denken na over vanzelfsprekendheden en stellen deze ter discussie. De manier waarop we over de werkelijkheid denken, is niet hoe de werkelijkheid is, maar hoe we vinden dat die zou moeten zijn. Immanuel Kant was een belangrijke verlichter. Zijn inzichten zijn nog steeds van toepassing. Kant gaat uit van de autonome mens, die zich niet moet laten leiden door anderen. ‘Sapere aude’ zegt hij oftewel: ‘durf te denken’ of ‘durf wijs te zijn’. Hij reageert hiermee op mensen die stellen: ‘Ik kan er niets aan doen, want zo ben ik geboren’. Wanneer je dit zegt, betekent dit volgens Kant, dat je niet eens je eigen waardigheid accepteert. Veel mensen dekken zich van te voren in en doen weinig moeite om te veranderen. Het is nooit mijn probleem, maar altijd het probleem van die ander. Door dit zo te zeggen of te zien, maken mensen zichzelf handelingsonbekwaam. Zeker in tijden van crises zullen we zelf moeten opstaan en ons sterk moeten maken voor verlichting en vernieuwing.

Naast ‘de ander’, zijn het meestal de omstandigheden die de schuld krijgen. Nooit ikzelf. Maar omstandigheden kunnen niet kiezen, alleen mensen kunnen kiezen. Gebeurtenissen zijn gebeurd, daar kun je niets meer aan veranderen. Je kunt een gebeurtenis niet ‘ontgebeuren’. Je kunt het verleden niet veranderen. Wat je wel kunt doen, is een keuze maken hoe je de toekomst wilt leven. Je kunt een keuze maken, hoe je binnen feitelijke omstandigheden wilt leven. ‘Wees een persoon’, zegt Kant en draag je verantwoordelijkheid. De situatie dat we kunnen nadenken, ons bewust zijn en ons verhouden tot wat ons treft, maakt ons mens en onderscheidt ons van andere diersoorten. Uiteraard spelen volgens Kant ook vorming en onderwijs een rol bij de keuzes die we maken. Je omgeving speelt ook een rol, je bent niet alleen. Een pandemie overkomt ons, maar we kunnen ons daartoe verhouden. Het is niet een gebeurtenis die ons overkomt, zonder dat we daar iets aan kunnen doen.

Wat de laatste decennia opvalt is, dat we, als een vorm van welvaartsontwikkeling, steeds meer menselijke activiteiten, problemen en verantwoordelijkheden bij instituten en andere hulpmiddelen hebben ‘neergelegd’. Gemeenschapszin organiseren we via een overheid, coördinatie via een bedrijf en waarde-uitwisselingen via een markt. We zijn eraan gewend geraakt dat de overheid, verzekeraar of werkgever voor ons zorgt. De overheid moet onze veiligheid maar garanderen, niet alleen op straat en binnen het gezin, maar ook met betrekking tot hygiëne, voedsel, gezondheid, energie en inkomen. Hoe meer we ‘uitbesteden’ aan de hulpmiddelen, die we als mens creëren, hoe minder we zelfverantwoordelijk zijn, weerbaar en zelfredzaam. En hoe minder zelfverantwoordelijk we ons voelen, hoe minderwaardig we worden ten opzichte van de middelen die we voor onszelf creëren en waar we de verantwoordelijkheid naar toe willen schuiven. We leven steeds minder in een mensenwereld en steeds meer in een middelenwereld. En nu we met het coronavirus en straks met de gevolgen van klimaatverandering meer en meer op onszelf teruggeworpen worden en een verdere groei van onze welvaartsstaat, niet meer betaalbaar is, hebben we een probleem. We zijn niet meer gewend, en weten vaak ook niet meer, hoe we zelf verantwoordelijk moeten zijn, hoe we zèlf een persoon moeten zijn!

Kennis over De Verlichting is belangrijk voor de manier waarop we na de coronacrisis een andere samenleving inrichten. De Verlichting is een periode van nieuwbouw. Dogma’s worden niet aangepast en de oude wereld wordt niet verbouwd, maar vernieuwd. De mens wordt door de wetenschap uitgedaagd en geïnspireerd, om na te denken. Er ontstaat een nieuw denkkader, met nieuwe uitgangspunten, nieuwe fundamenten en nieuwe modellen om werk, welvaart en wereld, vorm te geven. De Verlichting bevat zowel kritische elementen als constructieve elementen. Verlichters geven niet alleen kritiek op de oude wereld, maar geven ook handvatten voor een nieuwe wereld. Het zijn constructieve populisten. Wanneer dit onvoldoende gebeurt, springen destructieve populisten in het gat dat ontstaat omdat mensen ontevreden zijn over de bestaande orde.

De impact van de coronacrisis is voor veel mensen op korte termijn merkbaar, verdrietig, vervelend, frustrerend en zal tot faillissementen en persoonlijke drama’s leiden. De vraag of we zelf niet grotendeels schuld zijn aan de gevolgen van deze crisis is een retorische: zijn we niet lui, hoogmoedig en gemakzuchtig geworden? Je bent toch een persoon. Je kunt toch kiezen tussen óf die nieuwste flatscreen kopen óf meer bijdragen aan ons zorgstelsel. Willen we niet steeds meer luxe, gemak, keuzevrijheid, collectieve uitgaven, koopkracht, goedkope vliegreizen en minder belasting betalen? Gebruiken we onze schaarse productiefactoren wel voor het maken en leveren van de juiste producten en diensten? Waarom kopen we wel luxe goederen of producten die we niet of nauwelijks gebruiken en maken we niet meer beademingsapparaten en intensive care bedden?

Waarom heeft Nederland zeven intensive care bedden per honderdduizend inwoners en Duitsland vierendertig? Dat komt omdat Duitsland andere keuzes maakt. Niet per se betere, maar andere. Zo is in Duitsland zorgkennis bijvoorbeeld meer versnipperd dan in Nederland en is er een tekort aan verplegend intensive care personeel. Ook in Duitsland speelde tot voor kort, onder invloed van de markteconomie, de discussie dat een leeg intensive care bed onnodig veel geld kost voor een zeer onwaarschijnlijk scenario zoals een pandemie. Met de coronacrisis is Duitsland blij met een overschot aan intensive care bedden. Het maken van de juiste keuzes is moeilijk in crisistijd, dat moet je van te voren doen. ‘Wees voorbereid’ zou ik als nieuwe handeling willen inbrengen voor Verlichting2.0. Je moet het dak repareren als de zon schijnt is een dooddoener, maar daardoor niet minder waar. Sterker nog het getuigt niet van een duurzame welvaart als we deze wijsheid zo vaak moeten herhalen.

Auteur: Paul Bessems
Publicatiedatum: 29-03-2021
Extract van boek: ‘Duurzame Welvaart Organiseren’
Voor alle longreads, zie: Weconomics website